top of page

Raphaëlle Paty

non-neutre.jpg

1. dit is mijn lichaam  

 

Lang zwart haar en een froufrou die het signaal geeft geen middenmoot te willen zijn. Ronde ogen. De mond van een ster uit een stomme film en de kin van een sprookjesheks. De oren van mijn oma. 

Een kin die schreeuwt “wij zullen jouw profiel dan onder ‘karakterkoppen’ opslaan hè”. Melkmeisjeborsten. Het woord troost. Verward makende brede heupen. Bleke, vlezige billen en een nog blekere, nog vlezigere buik. Stevige werkbenen en grote, vervelende voeten. Een last en een geschenk. Een lastig geschenk, zou iemand zeggen die van woordspelingen houdt, en daarna met een hoofdschuddende glimlach naar zijn blad staren.  

Aan het begin van dit onderzoek vroeg ik allerlei mensen: "omschrijf mijn lijf". Dus dat doe ik nu ook even zelf. Maar waarom? Ik had met mijn ogen gerold naar haatdragende commentaren onder foto’s van me op Instagram alvorens te beseffen dat er iets al deze tekstjes – in het Frans want de foto was van een Franse fotografe – verbond. De taal was bloemig en de woorden moeilijk. Wat een fascinatie voor de taal die gebruikt wordt over lichamen – op papier, in pixels of in klei  - deed opflakkeren. 

 

Want wat je zo zou kunnen zeggen: 

 

Daphne Agten 

1m70 

127-110-142 

Schoenmaat 40 

Heupdysplasie 

Kissing knees 

Zwaartepunt aan de onderkant van het lichaam 

Huid voor 17% bedekt met sproeten 

 

Wordt ook zo omschreven 

 

Het lichaam van Daphne 
is eerst een zak zand en dan weer een kolibri, 
Bettie Page na een balorige kleuter: 
altijd precies wat de vertelling gebiedt 
en daarom enkel objectief te zien in haar slaap 
of op een ander ogenblik dat geen acteren vereist. 
 
In haar slaap of op een ander ogenblik dat geen acteren vereist,  is het lichaam van Daphne 
een verzameling bleke rondingen, zwaar maar niet vet (en welhaast zonder plooien), 
die haar handen en voeten klein doen lijken; 
al zijn die voeten best wel groot genoeg, met hoge wreef, lange tenen (de middelste het langst) en heldere enkels 
en die polsen, vingers en handen ook wel groot en duidelijk genoeg (bleke, halflange nagels); 
lange, stevige benen en haar als een waterval van inkt; 
 
pronte borstjes met bleekroze m&m’s midden in een groot bleekrozig, kwetsbaar tepelhof; 
even kwetsbaar aandoende littekens van gescheurde huid op haar buik; 
daaronder een discreet, naakt gleufje: het verschil tussen zijn en niet zijn; 
verso: een zandloper met de heupen wat breder dan de schouders; 
een blanco rug (geen nadrukkelijk uitgesproken ribben, vleugels, ruggengraat hier), 
en een lange, verticale bilnaad die overvloeit in twee horizontale rondingen; 
 
een staand ovalen gezicht onder de fifties froe 
met grote grijsbruine amandelvormige ogen omgeven door hoge jukbeenderen, hoge wenkbrauwen en kraaienpootjes; 
een rechte neus met gulzige neusgaten tussen ronde, rode appelwangetjes en ronde, rode oren; 
een mond van prille rozenblaadjes alsook als de snavel van een jonge roodsnavelkeerkringvogel (de bovenlip steekt wat hoger uit) 
ingeleid door een scherp afgetekend filtrum en uitgeleid door een spitse, wilskrachtige kin (met een kuiltje), 
een gladde hals en een scherp afgetekende kaaklijn.  

 

Of zo 

 

Ce thon. La seule meuf qu’on préfère habillée. 

 

Of ook zo 

 

Heerlijk lichaam  geweldige rondingen :) de kont is hemels en al de rest maakt het nog beter.

 

En ook nog ‘s zo 

 

Nn c une boulette Tema ce mastodonte sérieux elle a un flow de boule de démolition. Elle est pas humaine, c’est un titan. 

Daphne Agten, Haarzeep, glycerine en menselijk hoofdhaar, 10 cm x 5 cm, 2020

zeep.png

2. dat voor u en alle mensen wordt gegeven 

 

Hoe maak je van een natuurlijke behager een bijna bovennatuurlijke, ongezond overdreven behager? Geef haar een lichaam dat stoort, dat in de weg staat en afstoot. Dat niet behaagt, tenzij het prikkelt, opwindt en verwondert.

Telkens mijn heupen zich tussen stoelen moeten wringen of iemand ‘even een paar speldjes’ moet halen omdat ik niet in een kledingstuk pas kan ik het heel duidelijk horen in mijn hoofd: "Deze wereld is niet voor jou gemaakt. Ze is voor gewone mensen."

Gewoon, weer zo’n woord. Het verlangen om gewoon te zijn tiert bijna even welig in me als de droom om niet gewoon te zijn. Dus in plaats van een model te worden, word ik een muze. In plaats van een wulpse vrouw word ik een mythische godin. Mijn haren groeien voorbij mijn billen, en al snel toren ik boven een appartementsgebouw uit. Zeg me wat je wil en ik word het. Maal honderd. 

Zelden ben ik zo voldaan als wanneer ik mijn vlees kan kneden. Om er een Barbapapa van geheime fantasieën en lang vervlogen idealen van te maken. 

Alles bal ik samen, en geef ik aan iedereen die het hebben wil.  

In tijden van quarantaine zocht ik nieuwe manieren om mezelf aan anderen te schenken. Ik maakte zeep en kaarsen met m’n lichaamssappen en hoofdhaar – en kon ze aan niemand geven omdat snot en bloed nu even de duivel zijn.  

Daarna verkocht ik foto’s van m’n billen aan een man die dacht dat je tederheid door een beeldscherm kunt voelen. 

Om over te gaan op de evidentie: ik startte opnieuw met poseren en zond m’n blootposes tot in Chicago en Bombay uit. 

Het voelde anders dan vroeger, toen ik nog de trein nam naar een atelier. Nu hoefde ik alleen mijn pantoffels uit te schoppen. Ineens had ik de macht in handen. Het poseren werd een performance. Een performance die in het kunstgeschiedenis-rijtje past. Heel wat vrouwelijke voorgangers hebben er namelijk voor gekozen hun lijf tentoon te spreiden.  

Ver van de modellen die Yves Klein liet opdraven voor zijn blauwe live paintings lijken vrouwen vaker hun eigen lijf, leden en lijden zichtbaar te maken. Er zijn te veel voorbeelden om op te noemen, maar dit zijn drie grote mevrouwen. 

download.jpg

Carolee Schneemann, Up To And Including Her Limits, 1973-1976 

gina-pane-psyche.jpg

Gina Pane, Psyche, 1974

Mette Ingvartsen, 21 Pornographies, 2018

oCDWpTPH-e1531139524431.jpeg

Ik voel me verwant met deze vrouwen, omdat 

  • Carolee Schneemann doorheen al haar performances, en vooral in Up To And Including Her Limits, de macht terugneemt – kijk maar uit, Yves Klein – en haar lichaam als onderwerp én als maker gebruikt.  

  • Gina Pane de grenzen van de fysieke pijn en beschadiging opzoekt. Een onvermijdelijk, onoverkomelijk, onaangenaam gevolg van vrouw zijn. Voor mij dan toch. 

  • Mette Ingvartsen zowel de extra seksualisering van een naakt lijf als totaal onseksueel bloot-zijn op scène zet.  

 

Ik heb vaak aan hen gedacht terwijl ik op mijn dekentje lag.

IMG_20200412_212447_468.jpg

Barbara Mertens

3. m’as-tu vu? 

 

Om bekeken te worden moet er ook publiek zijn. Dat vond ik in oude bekenden en nieuwe gezichten. Van Sint-Amandsberg tot Utah. Mensen die schilderen voor geld en mensen die tekenen voor het eerst. 

 

Om te poseren word ik gedwongen naar mezelf te kijken. Of mijn voeten binnen beeld staan bijvoorbeeld. Tijdens de pauze duik ik naar het scherm om hen te observeren. Kunstenaars zijn niet in een hokje te vatten, maar toch.

zoom participants .jpg

Sean van der Meulen

Je hebt de kunststudent, die net voor de sessie 3 zwarte koffies heeft gedronken en tussen elke houtskoollijn een hand door het warrige haar haalt. Af en toe loopt er een huisgenoot door het beeld.  

 

Er is de zelfverklaarde levensgenieter die gewoon voor de gezelligheid komt. Altijd in beeld: een glas wijn en een verzameling fonkelnieuwe pastels. Het geluid vergeten af te zetten, en dus horen we manlief vragen waar de stofzuiger staat. 

Dan natuurlijk de veteraan, die naar elke sessie komt en alle modellen kan herkennen aan hun tenen. Hier is geen ruimte voor spielerei: er wordt getekend aan 100 per uur, met het nodige gevloek. 

 

Als laatste: de professional. Zit voor een muur van ouder werk en draait obscure plaatjes op de achtergrond. Weet precies wat hij wil, maar is ook niet bang om van een ingewikkelde pose alleen een voet over te houden. 

 

Allemaal mensen die mij willen zien. Het geeft me een pervers genoegen.  

Zeggen dat een model, performer, acteur niet aan exhibitionisme doet, is liegen. En daar waar iemand anders tijdens een monoloog zijn innerlijke wereld over het publiek uitgiet, toon ik mijn eelt, schuurplekken en striemen.  

Ik spreid mijn gebrek aan schaamte tentoon, maar word boos als men me daarom moedig noemt. 

Het is de dans van een pauw zonder veren. Een egostreling vermomd als gemeenschapsdienst. 

unnamed.jpg

Deryck Henley

4. in neutraal 

Neutraal is een illusie. Klaar. Maar dat hebben heel wat mensen en structuren nog niet begrepen.  

Ik zie een castingoproep: ‘vrouw rond de 30 met zwart haar’. 3 verschillende medewerkers laten me weten dat ik niet in het profiel pas. Mijn eigen castingagent belt en krijgt te horen dat mijn lichaam afschrikwekkend werkt voor de klant. 

Ze waren namelijk op zoek naar een GEWONE vrouw rond de 30 met zwart haar. En gewoon wil zeggen niet dik. Niet zwart. Niet in een rolstoel. Geen harde gezichtstrekken. Geen zwakke kin. Geen rare vlekken. Niet groter dan 1m72. Niet dunner dan een 36.  

Dit is geen betoog over waarom iedereen mij moet aannemen. Wie iets maakt heeft de controle, het beslissingsrecht over wat hij wil tonen.  

Ben ik het eens met het idee van een norm? Nee. En hij mag dan wel regelmatig verlegd worden, de absurditeit ervan blijft. Een neutrale mens heeft geen gezicht, geen kleur, geen omvang en geen lengte. Zelfs dan zit je er nog naast. 

Wat ik zou willen? Eerlijkheid. Leg je schofterigheid op tafel, for everyone to see. 

Zeg niet ‘we zoeken een jonge, spontane vrouw met een leuke glimlach’ maar wel ‘we zoeken een jonge vrouw met een maat waarvan onze styliste veel spullen in het magazijn heeft hangen. Haar gezicht mag niet bedreigend zijn, maar wel net verleidelijk genoeg dat onze klanten zich kunnen inbeelden dat ze haar voor een vluggertje over de keukentafel draperen. Geen grote borsten want dat is ordinair. Geen kleine borsten want we willen toch geen man? Wit, natuurlijk.’ 

Neutraal is een illusie. Klaar. 

Namio Harukawa

namio.png

5. lijven als het mijne 

De zoektocht naar lijven die op het mijne lijken in de kunst is lang en moeilijk. Maar de opbrengst is mooi. 

 

Voor iemand die zijn naam heeft geleend aan een synoniem voor voluptueus viel Peter Paul Rubens tegen. Jacob Jordaens zette dan weer wel de volle billen van zijn vrouw in scène, al vrees ik dat dat niet met haar toestemming was. In de twintigste eeuw zien we lijven als de mijne in verschillende gedaanten opduiken. Ze zijn dragers van een zachte sensualiteit bij Tamara de Lempicka en Egon Schiele en reflecties van een groteske werkelijkheid bij Lucian Freud en in de wonderlijke zelfportretten van Jenny Saville. Fernando Botero blijft maar volhouden dat hij geen dikke mensen schildert, dus laten we daar niet te veel woorden aan vuil maken. En dan is er nog Namio Harukawa, die van lichaamssappen doordrenkte fantasieën verhief tot high art.  

 

Ze zijn dun gezaaid maar een welkom tegengif voor al de duizenden werken die dikke buiken en scheve gezichten gebruiken als makkelijke maatschappijkritiek. Ja, ook de critical darlings. 

Hoe vaak ik al met Sue Tilly uit het Freud-schilderij vergeleken ben of Rubensiaans werd genoemd toont aan hoe pijnlijk schaars deze beelden zijn.

saville.jpg

Jenny Saville, Propped, 1992

EPHhtX8UYAAKP16.jpg

Namio Harukawa, zonder titel, datum onbekend

Jacob_Jordaens-King_Candaules_of_Lydia_S

Jacob Jordaens, Caudales die zijn vrouw aan Gyges toont, 1646

8818099c1c11119339406bb55e58fb86.jpg

Egon Schiele, Female Nude Pulling Up Stockings, Rear View, 1918

c612f8dc0aa165960e47c158cd7979ad.jpg

Tamara de Lempicka, La Tunique Rose, ca. 1930

71jg5TVLBDL._AC_SL1200_.jpg

Fernando Botero, Nude, datum onbekend

lucian-freuds-benefits-supervisor-sleepi

Lucian Freud, Benefits Supervisor Sleeping, 1995

Myriam Voet

myriam.png

6. sprekend vlees 

 

Een model wordt niet verondersteld een performer te zijn. Ze is een verzameling verhoudingen en vel. Wordt een muze gecreëerd? En komt dat meer door de verbeelding van de kunstenaar dan door de aanschouwde zelf? Door model te staan geef je je lijf en leden aan een ander. Zo hoort het.

 

Maar wat als het model wel een performer is, en beslist zichzelf weer op te eisen? Wat als alle context wegvalt en het zwijgende, blote lichaam opeens beslist waar de kunstenaar kijkt en hoe dichtbij hij kan komen?  

Is de webcam aanzetten de macht nemen? Ik geloof van wel.  

Ik wring mijn lijf in bochten, rek mijn vlees op tot een nieuwe vorm en kijk recht in het licht.  

Ik kies hoelang het duurt en wie mag kijken. Waarnaar ze mogen kijken en waarom. 

 

Het voelt alsof een rillerige man naast me al die tijd de deken rond zich gewikkeld had en ik hem weer wegtrek.  

Ik wil hem helemaal rond mij draaien, en dat de koude man net daardoor van mij gaat houden.  

De koude man moet wennen, klappertandt uitdrukkelijk hard, draait zich nog een keer om. De tekenaar vloekt omdat de linkervoet niet op beeld te zien is, of omdat ik die dubbele kin niet even uitgestrekt heb. Hij gooit net iets te hard zijn houtskool neer en geeft na 2 uur toe dat ‘t fijn was, maar nu is hij moe.  

 

Zo voelt het meer als mezelf. Alsof ik alleen al het werk doe. Zo hoort het.  

93257317_1277176652481159_57154382048536

Edwin Hagendoorn

7. sprekend staan (zitten, liggen en hangen) 

 

Poseren doet pijn. En dus wordt alles een kwestie van damage control. Want de keren dat ik dacht dat ik een houding wel een halfuur kon volhouden, en mijn voeten na 3 minuten al voelen alsof ze langzaam afsterven, herinner ik me goed. 

Kussens worden onder konten geschoven en benen glijden elke seconde een centimetertje verder.  

Zit (sta, lig, hang) ik op een manier die ik even kan volhouden zonder vloeken? Dan gaat het om hoe het eruitziet. Ik steek m’n buik vooruit om nonchalance te veinzen of draai m’n rug naar de camera voor wat mysterie. Met m’n handen onder m’n kin zie ik eruit als een pruilende puber. Als ik m’n rug hol trek als een pin-up die wat uit proportie gerokken is. 

Ik krijg complimenten en blijf me toch als een bedriegster voelen. Want in de modeltekenwereld komt deze dooddoener altijd wel even om de hoek kijken: ‘Wow, zo’n moeilijke pose’. Gevolgd door ‘Hoe heb je die zo lang kunnen volhouden?’.  

Mijn billen zijn te zwaar om ze minutenlang op één heup te laten balanceren en mijn brugpose is een afbrokkelende ruïne. 

Ik heb het geaccepteerd, totdat ik eens om de zoveel tijd, in een opflakkering van overmoed, me toch maar weer eens waag aan een ietwat acrobatische pose. En opgeven is geen optie, dus hou ik vol tot de tranen me in de ogen staan.  

Er bestaat videomateriaal van hoe een kunstenares me vraagt om ‘nog wat meer te pushen’ en ‘gewoon even vol te houden’. Ze is niet streng maar gewoon geconcentreerd. Mijn tranen blijven tot twee keer toe niet gezien. En toch doe ik voort.  

Omdat ik wil dienen. Omdat ik flink wil zijn. Een goed model. Een muze.  

De beelden doen pijn. Je ziet het exacte moment wanneer de performer mijn lijf verlaat en plaats ruimt voor een bang kind.  

Opeens wordt het weer duidelijk hoe kwetsbaar een blote buik is. Er is weinig weerstand als je erin wil reiken om even in de ingewanden te rommelen.  

4.png
3.png
2.png
1.png
Fran_trixie003.jpg

Fran Van Gysegem

8. sprekend veel 

 

Aan elke sessie gaat een voorbereiding vooraf. Ik was mijn haar, föhn mijn froufrou, trek een donker lijntje boven mijn ogen en maak mijn lippen wat roder. Ik poets mijn tanden en de rest. Ik trek mijn zachte, zwarte peignoir aan en zet mijn smartphone op een krakkemikkig statiefje. De achter- en ondergrond heb ik zo neutraal en persoonlijkheidsloos gemaakt. Dat was het plan. Dat ik toch zeker vijf sessies volhield. 

Op een dag was ik gehaast en moest ik de douche overslaan. Of had ik gehuild en ging ik met een gezwollen gezicht voor het scherm zitten. Een keer stelde ik m’n beeld te schuin in en werd iedereen verliefd op mijn schilderij van Johannes De Doper. 

Allemaal elementen die doorsijpelen in de uiteindelijke tekening. Want net zoals er geen neutrale mens bestaat, kan je ook geen contextloze omgeving creëren. Ook een volledig witte doos vertelt een verhaal – een heel spannend verhaal zelfs.  

Toen de eerste tien mensen vroegen waar ik mijn cinemastoelen gehaald had, borrelde er een boosheid in me op. Een acteur wil ook niet te horen krijgen dat het decor met alle aandacht is gaan lopen. Het voelde bijna respectloos: ik zit hier in m’n blootje, me in allerlei bochten te wringen voor jou, en jij maakt een wishlist voor je interieur.  

Was ik even vergeten: al die keren dat ik naar het theater ging en de ervaring omschreef als ‘die kostuums waren mooi’. Ook deze modelperformance is een Gesamtkunstwerk, opgezet door mij en al mijn ingebeelde vrienden. En als Johannes De Doper dan mijn spotlight wil stelen … wie ben ik om hem tegen te houden? 

Screenshot_GlitterendeEenhoorn_26032020_
Screenshot_RaphaellePaty_25032020.jpg
Screenshot_EstineCoquerelle_11042020_2.j
Screenshot_IvoDewispelaere_26032020_3.jp
Screenshot_SeanVanderMeulen_15042020.jpe
Screenshot_EdwinHagendoorn04042020_2.jpe

Sean van der Meulen

a multitude of trixies HD 300dpi.jpg

  9. beelden kneden 

 

  Tijdens de coronacrisis werd ik steeds meer de regisseur van mijn poseermomenten en haalde ik alle theatrale middelen boven om de controle te stelen. 

  Een bloemlezing: 

 

  • Op Pasen haalde ik er een konijnenmasker bij. Dat leek me lollig.  

  • Ik betrapte mezelf erop dat ik bij bepaalde kunstenaars m’n lippen wat meer tuitte en m’n heupen wat ronder maken. Die behaagdrang blijft me achtervolgen. 

  • Iemand overhaalde me om niet naar mezelf te kijken en alleen voor comfort te kiezen. Alle vezels in mijn lijf wilden zich ertegen verzetten. Het resultaat was wonderlijk mooi. 

  • Ik trok een fluwelen truitje aan omdat ik er zacht wilde uitzien, ook al had er niemand me in maanden aangeraakt. 

  • Men vroeg me een pose op een schilderij te baseren, en ik ben nog nooit zo snel en zo ver van Rubens weggelopen. 

  • Voor dezelfde pose durfde ik ook geen glamoureuze muze kiezen. 

  • Ik had een uur voor een sessie de ogen uit m’n kop gehuild en koos er bewust voor me niet op te maken. In je zelfmedelijden zwelgen is nog leuker met publiek erbij. 

  • Ik testte hoelang ik m’n haarvet kon laten opstapelen voordat ik me ervoor schaamde. 1 week en 2 dagen. 

  • Ik zette m’n bril op om er als een artiest uit te zien. 

  • De camera ging uit en ik bleef nog even liggen. Ik staarde naar het plafond en ging met m’n hand langs al m’n aderen. Ik beeldde me in dat de tekenaars van me droomden en viel op de grond in slaap.

5.png

Estine Coquerelle

10. atoompjes 

 

Ik zette mijn tv aan om Gwyneth Paltrow te zien orakelen over vaginale stoombaden, en hoe iedereen een helderziende is als hij maar hard genoeg zijn best doet. 

Ze had loodrechte witte tanden, blond gepletwalst haar en een aura van zelfgenoegzaamheid, dus ik was content. Dat is precies wat ik van mijn Gwyneth wil. 

 

En toen maakte ze een grote fout. ‘Een gezond lichaamsbeeld’, zei ze, maar dan natuurlijk in het Engels, want Gwyneth komt uit Martha’s Vineyard of de Hamptons, of zo’n andere plek waar mensen met loodrechte tanden en blond haar verzamelen om te pootjebaden en zich erover te verontwaardigen dat de rosé toch wel een graadje of twee te warm is, ‘een gezond lichaamsbeeld creëren is zo moeilijk, want we worden van overal gebombardeerd door onrealistische verwachtingen’. En toen kwam er een slanke, bruine vrouw in beeld die in een slipje van organisch katoen met een pluizige plant knuffelde. 

 

De vrouwen die naast Gwyneth in de sofa zaten - eentje met kort, zwart haar en een hoekige kaaklijn, de intellectueel van de bende, en een vrouw van middelbare leeftijd die er minstens 2 jaar jonger uitzag omdat ze elke avond Q10-crème over haar hele lichaam smeert, knikten hard en lang. Maar niemand zei wat ik zou zeggen. ‘Gwyneth,’ zou ik zeggen, in mijn mooiste roomwitte oversized sweater omdat ik ook weer niet te hard uit de toon wil vallen ‘vind je dat niet een beetje hypocriet?’ Ze zou haar loodrechte tanden bloot lachen, en ik zou knipogen naar de camera alvorens zonder aarzelen de aanval in te zetten. 

 

‘Snap je dan niet dat je eerst hebt bijgedragen aan de marginalisatie van niet-slanke, niet-witte, niet-glanzende lichamen en nu de retoriek van de marge gebruikt om jezelf meer mens te laten lijken?’ Dan zou ik een quinoa-hibiscuskoekje nemen. 

 

Want het is waar. Hoe ze het ook draait of keert, Gwyneth Paltrow kan niet pretenderen dat ze weet hoe het is om te leven in een lijf dat stoort. Net zomin als ik weet hoe het voelt om uitgelachen te worden door Amerikaanse huisvrouwen omdat ik mijn kind Apple heb genoemd.

Iedereen heeft dagen dat hij zichzelf graag bij het oud vuil zou willen zetten, en heel wat mensen met een BMI om in te kaderen worden verteerd door zelfhaat. 

Maar we kunnen niet doen alsof dat hetzelfde is als bespuwd worden op straat. 

 

Na Gwynnie’s betoog verscheen er een jongedame in beeld. Ze droeg een mintgroen setje en werd door de fotografe aangezet om net zo op een kruk te gaan zitten dat haar onderbuik opbolde. Vetrolletjes staan voor ‘het kan me niet schelen wat iemand van mijn lichaam denkt’ en #bodypositivity. Net als pastelkleurige achtergronden, tanden met spleetjes en vrouwen die tekst uit het beeld duwen met hun ronde heupen. Het is een taal geworden, die nu wordt gekaapt door degenen die ons tegelijk vertellen dat ze hun derde vastenkuur van het jaar doen en hoe fijn die onze-size-fits-all maxi-jurk zit.  

 

En zo mogen niet-genormeerde lijven in de media bestaan: bij de gratie van de geaccepteerden en de opgehemelden. Dikke, blubberige vrouwen, non-binaire personen, donker gekleurde vellen en ja, tanden met spleetjes, worden opgevoerd als een bewijs van geloofwaardigheid, als een ‘zie je wel, ik vind iedereen mooi’. Zo kunnen de barmhartige helden en misbruikmerken weer overgaan tot de orde van de dag zonder ook maar één vinger uit te steken voor de echte aanvaarding van al wat scheef, gebroebeld, gevlekt, breed, verwarrend of ziek is.  

 
 

Als ik wil tellen hoeveel keer per jaar ik een aanvraag krijg om model te staan voor een slanke, witte, symmetrische fotografe of beeldhouwer, die puur door mij op een foto te zetten of in klei te vatten, een statement wil maken, wil vertellen dat ‘iedereen mooi is op zijn eigen manier’ of dat ‘het zo erg is dat de maatschappij ons onrealistische idealen opdringt’, moet ik al snel mijn derde hand bovenhalen.  

 
 

Dat is er gebeurd: plots zijn dikke buiken intrinsiek zwanger van betekenis en wordt een donkerbruine huid gekleurd door neo-koloniale spinsels. Fijn om je carrière als artiest meteen een activistisch cachet te geven. En zo verleggen we het probleem.  

 
 

Want laten we wel wezen: everyone is beautiful is bullshit. Je kan jezelf geen geweten schoppen door te tonen dat je heus wel een armstompje durft te aaien of waarschijnlijk niet hoeft te kotsen nadat je blote putjesbillen hebt gezien. Het kan me niet schelen of je zelf ooit eens las dat iemand een tweede vliegtuigstoel moest boeken en daar heel erg van moest huilen. Medelijden is niet hetzelfde als respect. Co-opteren is niet helpen.  

600_490300485.jpeg

Gabriel L.

 11. vol 

 

 Waarom wil ik zo graag weten hoe anderen me zien? Waarom die nood om beoordeeld te worden? Want als ik eerlijk ben, valt het antwoord altijd tegen. 

 

 ‘Zwanger van betekenis’ zei ik, en zo is het. Niet alleen mijn lijf maar ook mijn kop en al de rest wordt makkelijk in een hokje gestoken. De kunstenaars 

 kun je het niet kwalijk nemen. Die paar minuten of uren die ze met je doorbrengen moeten ze aan lijnen en kleuren besteden. En ergens wil ik het ook, dat 

 hokje. 

 

 Dus wordt mijn lijf, afhankelijk van de waan van de dag: 

 

 - Een moederfiguur. Buikvet, striemen en melkborsten staan voor moederkloeken. Dat hebben we zo geleerd. En dus krijg ik complimenten over mijn 

   zachtheid. Als ze later die rode vlek op mijn borst zien en daarin het woord 'troost kunnen lezen, slaken ze een zucht van herkenning. 

 

 - Een religieus icoon. Niet geheel onafhankelijk van de vorige. Voor de ogen van de kunstenaars verword ik tot een Heilige Maagd of een aartsengel. Werk

   ik dat zelf in de hand met mijn interieur?

-  Een fantasie. Ik geloof niet in de mythe dat elke kunstenaar verliefd moet zijn op zijn model. Maar in heel wat blikken zit seksuele spanning besloten.

-  Een alter ego van de tekenaar. Afhankelijk van wie me op papier zet, weegt m’n zwaarte op m’n botten of blozen m’n billen als nooit tevoren. Er zijn

   gepolijste Daphnes en Daphnes die er niet meer als mens uitzien. Soms zie ik zelfs het gezicht van wie voor me zit op het mijne verschijnen. 

Laetitia Bica

j.png

12. neemt en eet hiervan gij allen 

Een jaar geleden stond ik in de zee. Af en toe liep er een hond voorbij, en het baasje volgde gedwee. De wind waaide door mijn haar en aaide mijn rug. Drie kunstenaressen keken me vol liefde aan.

Ik was naakt, maar dat waren we allemaal vergeten. Want wat er toen gebeurde had daar nog weinig mee te maken. Het was het Gesamtkunstwerk waar ik zo van gedroomd had. Een samenspel van stof en hoepels en licht en lenzen en bloemen en de honden met hun baasjes. Ik was alleen een lichaam en zoveel meer dan dat.

Dit is wat ik wil. Hoe dat dan moet heten weet ik niet. Poseren of performance art of theater. Maar ik wil m’n lijf schenken aan iedereen die het proeven wil. Ik blijf dit doen om mij te gedenken.

met werken van

01. raphaelle paty

02. daphne agten

      haarzeep

03. barbara mertens

04. deryck henley

05. namio harukawa

06. myriam voet

07. edwin hagendoorn

08. fran van gysegem

09. sean van der meulen

10. estine coquerelle

11. gabriel l.

12. laetitia bica (fotografie) en jennifer defays (styling en kostuumontwerp)

      SEA SHAPE: we all come from the sea

en duizendmaal dank aan

anna luyten

mijn klasgenoten

nathalie roymans, joost horward en frank mineur

hugo wijngaard

martine van audenhove

sean van der meulen

deryck henley

elena life art

lucy campbell

serge baeken

life drawing barcelona

iedereen die me bekeek

bronnen

Berger, J. (2015), Portraits: John Berger on artists. New York: Verso Books.

Cooper, D. (2019), Pillowy: The Art of Dave Cooper. New York: Abrams Books.

Eco, U. (2007), De geschiedenis van de lelijkheid. Amsterdam: Prometheus. 

Forte, J. (1988), Women's Performance Art: Feminism and Postmodernism. Theatre Journal Vol. 40.

Muller-Westerman, I. (2015), Louise Bourgeois: I have been to hell and back. Stockholm: Moderna Museet.

mijn verzameling Playboys, 1962-1966.

"The Pleasure is Ours", The Goop Lab, Netflix.

www.instagram.com/corpscools

  • Black Facebook Icon
  • Black Instagram Icon

©2020 by Daphne Agten. Proudly created with wix.com

bottom of page